De Hoge Raad heeft bepaald dat curatoren bij een faillissement niet zonder toestemming van vastgoedeigenaren een winkelpartij mogen doorgeven aan een derde partij. Deze uitspraak maakt de doorstart van een failliete winkelketen een stuk moeilijker.
Tot voor kort had de curator nog alle regie in handen. De Hoge Raad bepaalt nu dat de vastgoedeigenaar de doorstarter kan weigeren. Dat kan het doorstarten van een winkelketen na een faillissement veel lastiger maken. Met name voor retailers met honderden panden en veel verschillende verhuurders kan deze uitspraak gevolgen hebben. Bij recente faillissementen van ketens als Coolcat, Intertoys en Op=Op Voordeelshop gaat deze uitspraak mogelijk een rol spelen.
Recht om door te schuiven vervalt
Eerder was het ook al zo dat verhuurders zeggenschap hadden over hun winkelpand, maar toen hadden curatoren het recht om het pand door te schuiven naar een geïnteresseerde doorstarter. Deze kon dan gedurende de opzegtermijn met de verhuurders van de winkelruimtes praten voor het sluiten van een nieuwe huurovereenkomst. Dat recht komt met de uitspraak van de Hoge Raad te vervallen.
Toestemming voor derde partij
De curator kan geen derde partij meer aan het werk zetten om voorbereidingen te treffen, zonder dat de verhuurder daar toestemming voor heeft gegeven. Een curator wordt persoonlijk aansprakelijk gesteld dat gedurende de opzegtermijn de huur wordt betaald. Door deze uitspraak is de verwachting dat hij niet meer zo snel een doorstart zal adviseren.
Let op! Een curator kan dus niet meer zonder toestemming van de verhuurder de winkelruimte doorschuiven naar een derde partij.
