Staatssecretaris Snel van Financiën vindt het wenselijk om met fiscaal overgangsrecht, anders dan de douanewetgeving, te komen als er op 29 maart sprake zal zijn van een harde Brexit. Een harde Brexit leidt namelijk direct tot een andere fiscale behandeling van bedrijven en burgers.
Dit schrijft Snel in een brief aan de Tweede Kamer. Als het Verenigd Koninkrijk (VK) per 29 maart met een no deal uit de EU stapt, wordt het VK een zogeheten ‘derde land’ en gaan er andere handels- en fiscale afspraken gelden.
Fiscale eenheid
Zo heeft een no deal-Brexit, aldus de staatssecretaris in zijn brief, gevolgen voor de fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting, waarbij bijvoorbeeld een zogeheten topmaatschappij in het VK is gevestigd. Na een no deal-Brexit wordt een dergelijke fiscale eenheid van rechtswege verbroken, aldus de staatssecretaris.
Verlies recht aftrekposten
Ook Nederlanders die in het VK woonachtig zijn en van wie het inkomen (deels) in Nederland is belast, verliezen na de Brexit het recht op eventuele persoonsgebonden aftrekposten. En zo zijn er meer voorbeelden waar een no deal direct fiscale gevolgen heeft voor bedrijven en burgers.
Overgangsrecht
Snel wil daarom een regeling voor burgers voor een aantal belastingwetten voor het lopende belastingjaar, waarbij het VK nog wordt beschouwd als onderdeel van de EU. Hierdoor blijft het huidige fiscale regime voorlopig van toepassing. Daarnaast wil hij ook overgangsrecht voor bedrijven, bijvoorbeeld wat betreft de fiscale eenheid en bijvoorbeeld om te voorkomen dat in hetzelfde boekjaar verschillende fiscale behandeling plaatsvindt over hetzelfde feitencomplex.