Selecteer een pagina

Top vijf tips voor de werkgever per 1 juli

18 jun 2018DGA, Nieuwsbericht, Personeel en Lonen, Werkgever

Per 1 juli gaat er weer het nodige veranderen. Waar moet u als werkgever rekening mee houden? Denk aan de tarieven voor het minimumloon en de deadline voor het tijdig opnemen van vakantiedagen.

Duim1. Wijzigingen minimumloon

De bedragen van het wettelijk minimumloon gelden voor een volledige werkweek. Meestal is dat 36, 38 of 40 uur per week. Dit hangt af van de sector waarin u werkt en mogelijke cao-afspraken voor die sector. Per 1 juli is het minimumloon 1,03% hoger dan in de eerste helft van 2018. Dat brengt het brutominimumloon op € 1.594,20 per maand, € 367,90 per week en € 73,58 per dag. Voor jongeren geldt een lager minimumloon, volgens onderstaande tabel.

Leeftijd  Per maand  Per week  Per dag 
22 jaar en ouder  €1.594,20  €367,90  €73,58 
21 jaar  €1.355,05  €312,70  €62,54 
20 jaar  €1.115,95  €257,55  €51,51 
19 jaar  €876,80  €202,35  €40,47 
18 jaar  €757,25  €174,75  €34,95 
17 jaar  €629,70  €145,30  €29,06 
16 jaar  €550,00  €126,95  €25,39 
15 jaar  €478,25  €110,35  €22,07 

2. Aanscherping controle zzp’ers

Als u een derde inhuurt of zich beschikbaar stelt als onafhankelijk dienstverlener, bestaat het risico dat de fiscus de overeenkomst van opdracht aanmerkt als dienstbetrekking. Dit is met name het geval bij langer lopende opdrachten. U kunt dit voorkomen door te werken met een modelovereenkomst.

De fiscus heeft bekendgemaakt dat voorlopig geen naheffingen en boetes volgen als er ten onrechte geen belastingen en premies worden ingehouden, terwijl er toch sprake is van een dienstbetrekking. Bij kwaadwillenden handhaaft de Belastingdienst wel. Per 1 juli 2018 richt de handhaving zich niet langer alleen op de ernstigste gevallen, maar ook op andere kwaadwillenden. De Belastingdienst kan handhaven bij kwaadwillenden. Hiervan is sprake als de Belastingdienst de volgende drie criteria kan bewijzen:

  • Er is sprake van een (fictieve) dienstbetrekking
  • Er is sprake van evidente schijnzelfstandigheid
  • Er is sprake van opzettelijke schijnzelfstandigheid

3. Arbowet: overgangsperiode ten einde

Vorig jaar is per 1 juli 2017 een nieuwe Arbowet in werking getreden. Zo heeft bijvoorbeeld iedere werknemer voortaan het recht om anoniem en zonder toestemming van de werkgever de bedrijfsarts te raadplegen, ook als er nog geen sprake is van verzuim of klachten. Er is wel een overgangsperiode van één jaar voor werkgevers, zodat men de bestaande contracten met de arbodienst aan kan passen. Tijdens deze overgangsperiode mogen bestaande contracten dus nog blijven doorlopen of kunnen bestaande contracten voorzien worden van een aanvulling. Deze overgangsperiode loopt op 1 juli 2018 ten einde en vanaf dan moeten alle werkgevers voldoen aan de nieuwe eisen van de Arbowet.

4. Deadline wettelijke vakantiedagen

Heeft uw personeel nog wettelijke vakantiedagen staan van 2017, dan dienen deze in de regel vóór 1 juli 2018 te worden opgenomen. Zo niet, dan komen ze te vervallen, tenzij er een uitzondering geldt.

In de volgende gevallen vervallen de niet opgenomen vakantiedagen pas na vijf jaar:

  • Als de werknemer niet in staat was de vakantiedagen op tijd op te nemen. Bijvoorbeeld omdat deze daarvoor te ziek was. Of omdat de werkgever het onmogelijk maakte om (genoeg) vakantie op te nemen.
  • Als de werknemer bovenwettelijke vakantiedagen heeft. Dit is het geval als de werknemer meer dan het wettelijk aantal vakantiedagen heeft.

5. Ingaan eigenrisicodragerschap WGA

U kunt eigenrisicodrager worden voor de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten). Dat betekent dat u vanaf de start van de WGA-uitkering maximaal tien jaar zelf het risico draagt voor gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid en tijdelijke volledige arbeidsongeschiktheid van uw (ex)-werknemer, of dat u dit volledig of deels particulier verzekert. U draagt ook het risico voor overlijdensuitkeringen van een maand WGA aan nabestaanden van werknemers met een WGA-uitkering die onder het eigen risico vallen.

Omdat u deze risico’s overneemt als eigenrisicodrager voor de WGA behoeft u de premiecomponent WGA van de sectorpremie (Whk) niet te betalen. U moet een verzoek om eigenrisicodrager voor de WGA te worden indienen bij de Belastingdienst. U kunt het eigenrisicodragerschap voor de WGA op 1 januari of op 1 juli laten beginnen. Uw aanvraag moet uiterlijk 13 weken vóór de ingangsdatum bij de Belastingdienst binnen zijn. Dit betekent dat, wanneer u per januari 2019 overweegt om eigenrisicodrager te worden, u uiterlijk op 1 oktober een verzoek daarvoor moet indienen. Het is dus slim om van te voren al te bepalen of deze overstap voor u interessant is en of u aan de voorwaarden kunt voldoen. Uiteraard zijn wij u graag daarbij behulpzaam.



Meer weten? Neem direct contact met ons op

12 + 9 =

Share This