Agrarisch ondernemers die voorheen gebruik maakten van de landbouwregeling krijgen nu te maken met de verplichte aangifte omzetbelasting. Om het terugvragen van btw te vergemakkelijken, heeft de Werkgroep Landelijke Landbouwnormen van de Belastingdienst vijf categorieën in het leven geroepen waarop de herziening omzetbelasting van toepassing is.
Vanaf 1 januari 2018 is na bijna 50 jaar een einde gemaakt aan de landbouwregeling. Tot 31 december 2017 hoefden agrarische ondernemers daardoor geen omzetbelasting af te dragen over hun agrarische producten. Daar stond tegenover dat ze dan ook geen btw konden aftrekken van middelen die ze aanschaften voor hun agrarische bedrijfsvoering.
Nu die regeling is afgeschaft, moeten zij – net als alle andere ondernemers – ook btw in rekening brengen over de door hen geleverde producten en diensten. Dat betekent dat zij dus ook aangifte omzetbelasting moeten doen, en de btw die ze zelf betaald hebben (de zogeheten voordruk omzetbelasting) mogen aftrekken.
Ingewikkelde rekensom
Dit leidt tot een ingewikkelde administratieve rekensom. Daarom komt de Belastingdienst ondernemers tegemoet. Binnen het Platform Landbouw is afgesproken om de complexe berekeningen voor de meest gangbare agrarische producten terug te brengen tot normpercentages. Deze worden binnenkort gepubliceerd.
Vijf categorieën
De Werkgroep Landelijke Landbouwnormen onderscheidt nu vijf categorieën waarop de zogenoemde herziening omzetbelasting van toepassing is. Het gaat hierbij om:
- Nog niet verbruikte producten
- Producten op het land
- Verbruiksvee
- Geoogste landbouw- en fruitteeltproducten in opslag en
- Herziening op bedrijfsmiddelen.
Meer informatie over de overgangsregeling afschaffing landbouwregeling is te vinden op de website van de Belastingdienst.
Bron: akkerwijzer.nl